De deurwaarder kan geen beslag leggen op je volledige inkomen. Hij moet rekening houden met de beslagvrije voet. Dat is het deel van je inkomen dat je mag houden voor je vaste lasten en voor levensonderhoud.
De hoogte van de beslagvrije voet is wettelijk vastgelegd. Wat het bedrag is hangt onder andere af van je gezinssamenstelling. De beslagvrije voet is minimaal 90% van de bijstandsnorm voor jouw situatie. Dit is inclusief vakantiegeld.
De beslagvrije voet kan worden verhoogd. De beslaglegger moet bijvoorbeeld rekening houden met hoge woonlasten en de premie voor de ziektekostenverzekering. Ook kan de beslaglegger in sommige gevallen beslag leggen op het inkomen van je partner.
Op andere inkomsten, zoals kinderbijslag, huurtoeslag, zorgtoeslag, kinderopvangtoeslag en tegemoetkoming schoolkosten kan de deurwaarder in principe geen beslag leggen, op een enkele uitzondering na:
- De zorgverzekeraar kan beslag leggen op de zorgtoeslag, als er een premieschuld is op de basisverzekering. Dit geldt dus niet voor schulden op de aanvullende verzekering.
- Bij een huurschuld kan de verhuurder beslag leggen op de huurtoeslag.
- Een kinderopvangorganisatie kan beslag leggen op de kinderopvangtoeslag bij een schuld aan de kinderopvang.
- De Belastingdienst mag op alle bovengenoemde toeslagen beslag leggen als er belastingschulden zijn.
Tip: Als er beslag wordt gelegd op een van bovenstaande toeslagen, terwijl er ook al loonbeslag ligt, kun je de deurwaarder vragen om de beslagvrije voet aan te passen. De deurwaarder maakt dan een nieuwe berekening waarin rekening wordt gehouden met het beslag op de toeslagen.